B2C of business-to-consumer is het verkopen van producten of diensten door bedrijven aan consumenten. De consument is in dit geval de eindgebruiker. Een bedrijf verkoopt zijn product dus rechtstreeks aan een individuele klant. In fysieke winkels én online.
Business-to-consumer of B2C is één van de populairste verkoopmodellen. Oorspronkelijk verwijst B2B naar fysiek winkelen. Zoals eten in een broodjeszaak of naar de bioscoop gaan. Naarmate het internet steeds belangrijker werd, heeft B2C zich steeds meer verschoven naar de e-commerce. Dit is het online verkopen van producten aan de klant.
Als bedrijfsmodel zijn er een aantal significante verschillen tussen B2C en B2B. In de eerste plaats verkoopt een B2C bedrijf zijn producten of diensten rechtstreeks aan de consument. De eindgebruiker dus. Een B2B bedrijf verkoopt en levert alleen aan andere bedrijven.
Voor de komst van het internet verkocht fabrikanten hun producten aan fysieke winkels. Op hun beurt verkochten de handelaren hun waren weer aan de consument. B2B dus. Toen internet zijn intrede maakte veranderde dit. Er kwamen nieuwe bedrijfsmodellen die vooral rechtstreeks aan de consument wilde verkopen. De tussenkomst van de winkelier of de detailhandelaar was niet meer nodig. De prijzen konden dus ook een stuk omlaag. Tot op de dag van vandaag zijn er meer online B2C bedrijven dan fysieke winkels.
B2C online marketing vereist een andere aanpak dan B2B. Je richt je namelijk ook op een andere doelgroep. Consumenten willen vooral producten die mooi zijn en voldoen aan hun specifieke behoeften. De online marketing is dus vooral gericht op emoties. B2C verkopen hoeven niet door meerdere personen goedgekeurd te worden. Zoals bij B2B het geval is. Een aankoopbeslissing wordt dan ook veel sneller gemaakt.
Bedrijven gebruiken verschillende bedrijfsmiddelen om zich op de online consument te kunnen richten. Dat zijn onder andere rechtstreekse verkopers, tussenpersonen of B2B ads.